Giro is vertrokken.

Ploeg met Pieter Weening wint tijdrit.

Italiaanse wielerromantici zitten vanaf afgelopen weekend dagelijks voor hun televisie, als ze al niet aan de kant van de weg staan. Net als veel andere liefhebbers in heel Europa en trouwens ook in andere delen van de wereld. Zaterdag begon de wielerwedstrijd die voor Italianen het jaarlijkse hoogtepunt is van het wegseizoen. Kom de Azuri niet aan hun Giro. Onbegrijpelijk vinden ze het, dat bijvoorbeeld de Tour de France hun Giro in populariteit overtreft. De kleine dorpsstraatjes met de toeschouwers op de balkonnetjes. De spectaculaire etappes waarin renners vaak aanvallend fietsen. De grilligheid van het Italiaanse landschap maakt de Giro veel onvoorspelbaarder en verrassender dan bijvoorbeeld de Rondes van Frankrijk en Spanje. Tenminste; dit zeggen de aanhangers van de Giro d’Italia.

Toch wint de Tour de France het qua belangstelling. Deze wordt bijvoorbeeld in meer landen live op tv gebracht en bobo’s staan altijd te dringen om een keer aanwezig te mogen zijn in ploegleidersauto’s tijdens de Tour.

Fans.

Natuurlijk is het voor ons als objectieve fans van de wielersport niet van belang. De Giro is gewoon de eerste schitterende etappewedstrijd, die zojuist is gestart. Loodzwaar. En je moet van goeden huize komen wil je drie weken achter elkaar top kunnen presteren. En van nog betere huize als je in één jaar meerdere grote wegwedstrijden van dit kaliber wilt overleven. Alberto Contador is van plan om dat kunststukje dit jaar te gaan uithalen. En daarmee zou hij toetreden tot een zeer selekt gezelschap van toprenners. Eddy Merckx, Bernard Hinault konden dat. Toen heel lang volgens mij niemand tot Marco Pantani het in 1998 flikte. Voor de doorsnee sterveling in het wielerpeloton is dit toch echt niet meer weggelgd. De meesten kiezen voor één grote ronde en omdat de Tour de France meer aandacht krijgt en dus commercieel aantrekkelijk is wordt er bij de minste twijfel gekozen voor de Tour.

Zo doet de winnaar van vorig jaar, de Colombiaan Quintana, niet mee in de huidige editie van de Giro. Ook Chris Froome is er niet en zelfs de Italiaan en dus thuisrijder Vincenzo Nibali doet tot groot verdriet van heel chauvinistisch Italië niet mee.

Toch wordt het weer mooi. De echte Nederlandse liefhebber zal de komende weken veelal naar de Belgische televisie kijken om toch vooral live de wedstrijd te kunnen zien. En die Nederlanders zullen toch ook veel aandacht hebben voor de prestatie van landgenoten in deze Giro. Of tenminste van de Nederlandse ploegen. Zo is bijvoorbeeld de Lotto-Jumbo ploeg aanwezig en wil proberen om een rol van betekenis te gaan spelen. Ploegleider Martijn Zeeman vertelde dat het team met name hard had getraind op het tijdrijden. De ploeg die nu als Lotto-Jumbo in Italië is deed volgens mij vorig jaar nog mee als Belkin. En Belkin struikelde in de grote koersen vooral over de prestaties in de tijdritten. Denk nog maar eens aan de teleurstelling van Mollema in de tijdrit in de Tour de France. De fiets waar Mollema destijds op reed is dit jaar frequenter beschikbaar zodat er meer trainingsuren op gereden konden worden. Op de wielerbaan in Alkmaar werden op nieuwe fietsen de nodige rondjes gedraaid met Steven Kruijswijk als belangrijkste troef. Zeeman verwacht resultaat in de tijdritten dit jaar. Met name Kruijswijk, maar ook Kelderman, ten Dam en Gesink moeten hun klassementsposities kunnen verbeteren door te presteren in het tijdrijden.

De ploegleiding van Lotto-Jumbo verwachtte dus wel iets in die eerste etappe/tijdrit van de Giro afgelopen zaterdag. Maar jammer genoeg moest de ploeg het stellen zonder George Bennet die om gezondheidsredenen niet van start mocht. En dan moet je het met acht renners doen en dat is net iets zwaarder dan met negen. Toch was men redelijk tevreden met de dertiende tijd die kopman Steven Kruijswijk met zijn ploeg realiseerde. Men was slechts 36 seconden langzamer geweest dan de winnaar van de eerste dag, de ploeg van Orica-GreenEdge. De Australische ploeg met Simon Gerrans maar ook met onze landgenoot Pieter Weening versloeg de ploeg van Contador, door zeven seconden eerder te finishen in San Remo.